De Early Warning Score (EWS) is een hulpmiddel waarmee je als verpleegkundige verslechtering in de toestand van een patiënt vroegtijdig kunt herkennen. Door het observeren van vitale functies — zoals ademhaling, hartfrequentie, bloeddruk, temperatuur en bewustzijn — krijg je een score die aangeeft hoe stabiel of instabiel iemand is. Het helpt je bij het herkennen van de vitaal bedreigde patiënt.
Een hoge EWS-score is een waarschuwingssignaal: het betekent dat je actie moet ondernemen, bijvoorbeeld het inschakelen van een arts of het SIT of Rapid Response Team. Op veel verpleegafdelingen is EWS inmiddels een vast onderdeel van de dagelijkse controle en klinisch redeneren.
Wat betekent de EWS score?
EWS staat voor Early Warning Score. Het is in de jaren ’80 van de vorige eeuw geïntroduceerd in de Verenigde Staten en wordt tegenwoordig ook volop gebruikt in Nederland en Europa. Per ziekenhuis of zorginstelling kan de exacte samenstelling van de EWS iets verschillen. Soms wordt er ook een andere naam gebruikt, bijvoorbeeld MEWS of VSS. De overeenkomst van al deze score systemen is dat ze allemaal de parameters van de vitale functies bevatten. Daardoor kan de zorgprofessional de gezondheidssituatie van de patiënt goed en snel beoordelen.
Wanneer gebruik je de EWS?
De EWS wordt meestal gebruikt bij volwassen patiënten in het ziekenhuis, vaak op de verpleegafdeling. Je vult de score in:
Bij opname of overdracht
Bij elke vitale controle (bijv. om de 8 uur of vaker)
Bij klinische achteruitgang of een ‘niet-pluisgevoel’
Op verzoek van een arts of bij een protocol voor verhoogd risico (bijv. postoperatief)
Het doel is om objectief en gestandaardiseerd te signaleren wanneer een patiënt achteruitgaat — nog voordat het écht kritiek wordt.
Hoe gebruik je de EWS score?
De zorgprofessional (verpleegkundige, arts of andere zorgprofessional) meet de vitale functies van de patiënt. De patiënt ‘scoort’ op zes vitale functies:
- Ademhaling
- Saturatie (zuurstofverzadiging)
- Temperatuur
- Systolische bloeddruk (mmHg)
- Hartfrequentie (hartslagen per minuut)
- Bewustzijnsniveau
Hoe hoger de score, hoe meer de gezondheidssituatie mogelijk bedreigd is. Door de EWS regelmatig af te nemen kan de eventuele vooruitgang gemonitord worden, een trend worden herkend en tijdig gecommuniceerd worden naar de arts of behandelaar. Meestal moet er vanaf een bepaalde score direct of binnen een bepaalde tijd contact opgenomen worden met de dokter of hoofdbehandelaar, afhankelijk van de werkplek. De methode wordt bijna altijd gebruikt in combinatie met het communiceren via SBAR en bij klinisch redeneren. In het geval van een acute verslechtering van de gezondheidssituatie van de zorgvrager kan het Spoed Interventie Team (SIT) worden opgeroepen.
Een veelgebruikte EWS scorelijst ziet er als volgt uit. Let op, de scores kunnen verschillen per instelling. Hoe je de score kunt berekenen lees je hieronder.
Score | 3 | 2 | 1 | 0 | 1 | 2 | 3 |
Ademhalingsfrequentie (p/min) | <7 | 9-20 | 21-30 | 31-35 | >35 | ||
Saturatie | <85 | 85-89 | 90-92 | >92 | |||
Temperatuur | <34 | 34-34,9 | 35-35,9 | 36-37,9 | 38-38,9 | >38,9 | |
Systolische bloeddruk (mmHg) | <70 | 70-79 | 80-99 | 100-199 | >199 | ||
Hartfrequentie | <30 | 30-39 | 40-49 | 50-99 | 100-109 | 110-129 | >129 |
Bewustzijn, reactie bij: | alert | op aanspraak | pijnprikkel | buiten bewustzijn |
Voorbeeld van het afnemen van een EWS score
Stel, de patiënt meet de volgende vitale waarden: bloeddruk 146/86 mmHG, hartfrequentie van 111 per minuut, temperatuur 38,7, ademhalingsfrequentie van 18 per minuut, saturatie 95% en het bewustzijn is alert.
De patiënt scoort dan als volgt:
Score | Punten |
Ademhalingsfrequentie (p/min) | 0 |
Saturatie | 0 |
Temperatuur | 1 |
Systolische bloeddruk (mmHg) | 0 |
Hartfrequentie | 2 |
Bewustzijn, reactie bij: | 0 |
Totaal | 3 |
De patiënt scoort hier in totaal 3 punten op de EWS schaal. Vaak wordt bij dit puntenaantal als actie gezien dat de arts gebeld moet worden of dat de score over een uur nog gemeten wordt. Binnen de verschillende instellingen kunnen de scores en bijbehorende acties verschillen.
De EWS is een betrouwbaar hulpmiddel waarmee verpleegkundigen en artsen snel kunnen inschatten of een patiënt verslechtert. Het systeem is gebaseerd op wetenschappelijk onderbouwde parameters en sluit aan op de dagelijkse praktijk in het ziekenhuis. Bij een hoge score kun je op tijd ingrijpen, bijvoorbeeld door een arts te waarschuwen of het spoedinterventieteam (SIT) op te roepen.
Wat doe je als verpleegkundige bij een verhoogde EWS?
Waarschuw de arts of volgens lokaal protocol de verpleegkundig specialist, als die bijvoorbeeld hoofdbehandelaar is
Herhaal de metingen na 30 minuten of eerder als je patiënt achteruitgaat
Documenteer en rapporteer objectief in het dossier (bijv. via de SBAR)
Gebruik je klinisch oordeel — een score is ondersteunend, niet leidend
Praktische tips voor het gebruik van EWS
Ken de normaalwaarden van jouw patiënt (bijv. bij COPD zijn afwijkingen soms ‘normaal’)
Observeer ook de trend: stijgt de score langzaam over meerdere momenten?
Combineer EWS altijd met klinisch redeneren: gebruik je observaties, gesprek en onderbuikgevoel
Laat je niet leiden door ‘lage score = veilig’ — kijk naar het hele plaatje
Ook interessant om te lezen
Wil je zeker weten dat je goed rapporteert? Bekijk ons artikel over methodisch rapporteren
Lees hoe je werkt met het 6-stappenmodel van klinisch redeneren
Formuleer verpleegkundige problemen helder en gestructureerd met de PES-structuur