Soms heb je van die diensten waarop je denkt: waarom doe ik dit ook alweer? Waarop je voor de vierde keer vandaag een katheterzak verwisselt, terwijl je collega belt dat je óók nog even moet helpen met een tillift, en de arts op de gang roept dat hij je overdracht mist.
Vandaag was zo’n dag. Alles liep door elkaar. Geen tijd om te lunchen, een boze partner aan de telefoon (“Er is wéér geen arts langs geweest!”), en een patiënt die me al om 08:15 u uitmaakte voor alles wat lelijk is.
Halverwege de ochtend dacht ik: dit is stom. Alles is stom. M’n werk, m’n schoenen, de afdeling, de koffie. Stom.
Vroeger zou ik me daar schuldig over voelen. Want “je moet toch dankbaar zijn dat je dit vak mag uitoefenen,” en “iedere dag is er één om het verschil te maken.” Maar weet je? Je mag het soms ook gewoon even stom vinden.
Het betekent niet dat je een slechte verpleegkundige bent. Het betekent dat je mens bent. Een mens die zorgt, denkt, voelt, en ook wel eens wil zeggen: “ik trek dit even niet.”
Aan het einde van de dag gaf diezelfde patiënt me trouwens een knipoog en zei: “U bent best oké voor een ochtendmens.” En ik moest lachen. Want het werk is mooi. Maar alleen als je ook af en toe mag zeggen dat het ruk is.
Seraya (39) is verpleegkundige in een perifeer ziekenhuis. In haar persoonlijke en nuchtere columns deelt ze elke 2 weken momenten van ontroering, herkenning en humor uit het zorgleven.